Snel groeiende industrie

De populier groeit goed in de driehoek Best-Liempde-Schijndel. Het is dan ook niet verwonderlijk dat in deze streek het maken van klompen al eeuwenlang gebezigd wordt. Oorspronkelijk maakte  de boer deze, in de stille wintermaanden, voor eigen gebruik. Steeds vaker zagen boeren wel brood in het verkopen van klompen. Begin 1700 is er al sprake van een klompenhandel vanuit Best met dorpen in de omgeving en de Belgische Kempen. Men begon de populier op grote schaal aan te planten om aan de behoefte van klompenhout te kunnen voldoen. Ook nu nog zien we de populier in deze omgeving overal in het landschap terug. De handel breidde zich, vooral na de komst van de spoorwegen in 1866, sterk uit naar Holland en Zeeland. Er waren toen al werkplaatsen met knechten, die met de hand, seriematig klompen maakten. De patroon ging enige malen per jaar op reis om de bestellingen op te nemen en de band met de afnemers aan te halen. In die tijd was het maken van klompen, naast de landbouw, de belangrijkste nijverheid in Best. 

Rond 1900 waren in Best ca. 90 klompenmakerijen. Ze waren niet allemaal groot van opzet. Soms werkte de klompenmaker zonder personeel en werd het hele gezin ingeschakeld om te helpen. Het was een hard bestaan en er moesten lange dagen gemaakt worden. In 1909 kreeg de vakbond voor knechten een werkdag van elf uur voor elkaar. Voorheen was deze nog veel langer.

Mechanisatie

Langzaam drong ook in de klompenmakerij de mechanisatie door. In 1915 begon de firma A Merkx - van de Ven met de eerste echte klompenfabriek in Best. Als krachtbron had men de beschikking over eeen zuiggasmotor. Geleidelijk schakelden steeds meer bedrijven over op mechanische bewerkingen. In 1921 begon de Fa. Gebr. van der Velden met een klompenfabriek aan de Oirschotseweg. 

De klompenindustrie heeft in de loop der tijd veel ups en downs gekend. Soms had men te kampen met hevige concurrentie uit Belgie, dan was het de crisis van de jaren dertig die roet in het eten gooiede. De komst van rubber laarzen en goedekope schoenen, nota bene o.a. van Bata. Na de Tweede Wereldoorlog waren er nog ca. 15 bedrijven actief. Sommige bedrijven stapten over op andere producten, zoals houten sandalen en souvenierklompjes, maar langzaam maar zeker namh het aantal personen dat in deze bedrijfstak werkte af. Enie jaren geleden zijn de laatste bedrijven gesloten ene is en eeuwenoude traditie uit Best verdwenen.